Onrust kan ontstaan door te veel of juist te weinig prikkels. Voor mensen met dement zijn er snel te veel prikkels: het is vaak onmogelijk voor ze om meer dan één prikkel op hetzelfde moment te verwerken. Te weinig prikkels is echter ook vaak beangstigend. Er is niemand in de huiskamer, het is 's nachts doodstil, er valt niets te beleven. De hersenen gaan dan op zoek naar prikkels. Dat kan zich uiten in angst, nachtelijke onrust, het bed uit willen, naar andere mensen op zoek gaan, eindeloos lopen en dwalen en zelf prikkels creëren door te roepen, geluiden te maken of te tikken op de tafel.
Leuke activiteiten, gezelschap en fijne, sfeervolle, kalmerende prikkels kunnen de onrust wegnemen. Denk aan rustgevende muziek, kalmerende filmpjes en taferelen, boeiende lichteffecten, beleefplekken, wandelscircuits en knuffelattributen. Demente mensen kunnen hier erg van genieten.